Omnibus van twee in 2015 los verschenen leesboeken 'De kleine tovenaars'* en 'De kleine monsters'** uit de reeks 'Piraatjes', voor kinderen die moeite hebben met lezen. Op de dag dat de tweelingbroers Brin en Arlo precies negen en een half zijn, gebeuren er vreemde dingen op school: alles wat ze wensen, komt uit. Hun vader vertelt ze de waarheid: ze zijn tovenaars. Ze moeten oefenen, maar het gaat nog vaak mis. Dit verhaal is meer een opsomming van gebeurtenissen, waardoor het nooit echt spannend of grappig wordt. Het is niet goed vertaald, met zinnen die niet altijd even soepel lopen. In het tweede verhaal stuurt Barts strenge vader hem naar een kostschool: een lugubere omgeving vol geesten, schedels, kakkerlakken, krankzinnige docenten, onthoofde jongens en het Hoofd dat letterlijk uit een hoofd bestaat. Een absurd griezelverhaal met moeilijke of vrij onbekende woorden, zoals kriebelpauze en zielloos. Met paginagrote en enkele kleinere zwart-witte pentekeningen. Rustige bladspiegel met ruime interlinie en prettig leesbaar dyslexievriendelijk lettertype. AVI-M5. Vanaf ca. 8 jaar.